Op 22 juli 2022 heeft de rechtbank de agenda voor de procedure vastgesteld. Zij heeft de procedure in twee fasen ingedeeld.
In de eerste fase zal de rechtbank beslissen over (i) de bevoegdheid van de Nederlandse rechter, (ii) de toepasselijkheid van het nieuwe collectieve actierecht (WAMCA) en/of het oude collectieve actierecht (artikel 3:305a (oud) BW), (iii) het toepasselijk recht op de vorderingen van Car Claim, (iv) de representativiteit van Stichting Car Claim en (v) de aan te wijzen exclusieve belangenbehartiger.
Na de eerste fase wijst de rechtbank een exclusieve belangenbehartiger aan. Aan de partijen wordt ook gelegenheid geven tot het beproeven van een schikking.
In de tweede fase zal de rechtbank de vorderingen tegen de gedaagde partijen inhoudelijk behandelen.
De volgende stap is dat de gedaagde partijen in de eerste fase schriftelijk mogen laten weten hoe zij tegen die onderwerpen aankijken. Dit moeten zij uiterlijk op 9 november 2022 doen. Daarna zal er in de eerste fase een mondelinge behandeling plaatsvinden.